Vragen aan opa

Materiaal: cartoon ‘Huis vol vragen’

Wat wil je vragen aan je opa? Verzin vragen voor opa (of oma), schrijf ze in de tekstballonnetjes en maak een tekening voor je opa (of oma) van één van je vragen.

Ten behoeve van de educatieve omlijsting van de voorstelling hebben we het boek vertaald naar het Nederlands. Dit is niet de officiële vertaling; voor zover bij ons bekend, is het boek (nog) niet in Nederlands uitgegeven.

Download hier het boek van Kenneth Mahood.

Huis-vol-vragen2

Voor de docent:
Lees het boekje voor aan de kinderen. Het is belangrijk dat de kinderen ook de plaatjes zien; het is immers een prentenboek.

  • Praat met de kinderen over opa’s en oma’s.
  • Heeft iedereen een opa?
  • Heeft iedereen een oma?
  • Hoeveel opa’s en oma’s hebben ze?
  • Zijn ze oud?
  • Waaraan zie je dat?
  • Waaraan merk je dat?
  • Gaan de kinderen wel eens bij opa en/of oma logeren?

Opa’s en oma’s hebben al heel veel meegemaakt en daarom weten ze ook heel veel. Logisch dus om aan hen veel vragen te stellen! Praat met de kinderen over de vragen die zij aan hun opa en/of oma zouden willen stellen.

Het jongetje in het boek (Sandy) stelt heel veel vragen aan zijn opa. Het zijn een beetje gekke vragen. Praat met de kinderen over de vragen in het boek. Wat maakt ze zo grappig?

 

Why_p15-2

Wat willen de kinderen vragen aan hun opa (of oma)? Verzin vragen voor opa (of oma), schrijf ze in de tekstballonnetjes en maak een tekening voor je opa (of oma) van één van je vragen. Bedenk met de kinderen “gekke vragen”.

Tip:
De vragen zijn een soort grapjes: taalgrapjes
Uit de vragen blijkt dat Sandy bepaalde uitdrukkingen of woorden letterlijk neemt:

  • Opa, kan een duizendpoot al zijn nagels knippen?
  • Opa, krijgt een spijker koppijn als je hem op zijn kop slaat?
  • Opa, kan je stuitje stuiteren?
  • Opa, zou een ui ook huilen als hij ons zou schillen?
  • Opa, waarom heeft een knoop wel ogen maar geen neus?
  • Opa, moet vies water ook in bad?

Ook kinderen vinden het leuk om te spelen met taal. Stimuleer de kinderen om zelf ook taalgrapjes te verzinnen. Kennen ze bijvoorbeeld dierennamen die een beetje grappig klinken? Of woorden die uit twee delen bestaan, die eigenlijk niet bij elkaar lijken te horen?

Why_p9

Voorbeelden taalgrapjes met dieren:

  • Opa, is een lieveheersbeestje echt zo lief?
  • Opa, kan een zebra ook oversteken?

Voorbeelden taalgrapjes met uitdrukkingen:

  • Opa, staan er ook wel eens jonge koeien in de sloot of zijn het altijd oude?
  • Opa, hoeveel vliegen vang je met één klap?
  • Opa, hoe lang slaapt een luipaard?

Voorbeelden van taalgrapjes met samengestelde woorden:

  • ONDERSTEBOVEN: Opa, hoe weet je dat het onderste boven is en niet het bovenste onder?
  • BINNENSTEBUITEN: Opa, hoe komt het binnenste buiten?
  • AANRECHT: Opa, kan een aanrecht ook uit?
  • OPEN HAARD: Opa, kan een open haard ook dicht?
  • DUIKBOOT: Opa, hoe diep duikt een duikboot?
  • NEUSVLEGELS: Opa, waarom heeft een neus vleugels als hij niet kan vliegen?
  • OORBEL: Opa, hoe klinkt een oorbel?
  • BROEKSPIJP: Opa, kun je een broekspijp roken?
  • VOETBAL: Opa, kan een voetbal lopen?

Download hier de cartoon ‘Huis vol vragen’
Bedenk met de kinderen een aantal grappige vragen en vul deze in op de tekstballonnetjes.
Laat de kinderen één vraag uitkiezen en daar een mooie tekening van maken.

 

Bedenk met de kinderen een aantal grappige vragen en vul deze in op de tekstballonnetjes.
Laat de kinderen één vraag uitkiezen en daar een mooie tekening van maken.